Droog met stoom

Bij de Fraunhofer IGB is een droogproces ontwikkeld dat droogt met oververhitte stoom in plaats van hete lucht. Aardappelchips, kattenvoer of minerale grondstoffen kunnen veel sneller, zachter en met een lagere energie-inbreng dan voorheen worden gedroogd.

Aardappelchips, pompoenpitten en appelchips, droogvoer voor honden en katten, maar ook slib of bouwmaterialen moeten worden gedroogd voordat ze worden verwerkt of verpakt en hun weg door de handel naar de consument vinden. Meestal wordt gedroogd met hete lucht. Dit duurt lang, vereist grote droogsystemen en verbruikt veel energie. Vaak is zoveel energie dat het drogen naar meer oploopt dan 90 een procent van de energiebehoefte van de hele productieketen.

Wetenschappers van het Fraunhofer Institute for Interfacial Engineering and Biotechnology IGB in Stuttgart bieden een droogproces aan dat werkt met oververhitte stoom in plaats van met lucht. De droogtijden van het proces worden tot 80 procent verkort, het drogen is homogener en de droogsystemen zijn compacter. Het grootste voordeel is dat het energieverbruik van het proces veel lager is dan bij heteluchtdrogers.

Oververhitte stoom, waterdamp boven de kooktemperatuur, bevat geen waterdruppels en is praktisch droog. Het proces maakt gebruik van de eigenschap van oververhitte waterdamp om meer waterdampmoleculen te kunnen absorberen dan verzadigde waterdamp. Wanneer het te drogen materiaal wordt blootgesteld aan oververhitte stoom van 120-180 ° C, warmt het op en geeft het zijn vocht af in de vorm van waterdamp. De stoomatmosfeer koelt af door de verdampingswarmte af te voeren. Deze thermische energie wordt teruggevoerd naar de stoom, waardoor deze op de ingestelde temperatuur blijft en continu meer water kan worden opgenomen. Overtollig vocht wordt verwijderd of gecondenseerd als verzadigde damp.

Bovendien maakt het terugwinnen van het condensaat (en mogelijk andere vluchtige stoffen) het verdere gebruik ervan mogelijk, b.v. B. als gedemineraliseerd water. Doordat de procesruimte van de droger uitsluitend gevuld is met stoom en daardoor inert is door gebrek aan atmosferische zuurstof, kunnen er geen oxidaties op het product optreden. Dit vermindert ook aanzienlijk het risico op explosies, in het bijzonder stofexplosies. Dankzij de dampdichte afdekking van de droger zijn uitblaasfilters niet nodig. Als het te drogen materiaal goed wordt geleid, is het mogelijk om in een continu proces onder atmosferische druk te werken. Hierdoor kunnen sluitsystemen komen te vervallen. De transporttechniek is vrij te kiezen voor het laden en in de droger zelf (tril-, band- of peddeltransporteur, trommel, etc.). De procestemperaturen van meer dan 120 ° C leiden ook tot hygiënisering van de droge goederen.

Bron: München [IGB]

Opmerkingen (0)

Er zijn hier nog geen reacties geplaatst

Schrijf een reactie

  1. Plaats een reactie als gast.
Bijlagen (0 / 3)
Deel je locatie